Er is een groot aantal argumenten tegen reïncarnatie. Het valt niet te bewijzen dat “ervaringen uit een vorig leven”, waar veel mensen over spreken, werkelijk waar gebeurd zijn en niet slechts voortkomen uit een rijk voorstellingsvermogen. Vanuit een puur logisch oogpunt bestaat er geen empirisch bewijs voor de beweringen van mensen die zeggen dat ze in dit huidige tijdperk gereïncarneerd zijn, omdat niemand ooit gestorven is en weer tot leven is gekomen (behalve onze Heer Jezus Christus).
Naast het gebrek aan empirische data vinden we ook in de Bijbel een groot aantal argumenten tegen reïncarnatie. Op de eerste plaats lezen we: “De mensen sterven éénmaal, en worden dan geoordeeld” (Hebreeën 9:27). Dit maakt het heel duidelijk dat de mens slechts één keer sterft en geen tweede kans krijgt om nog eens te leven en zichzelf te redden middels reïncarnatie.
Het volgende argument tegen reïncarnatie is afkomstig van Jezus Zelf. Het kan gevonden worden in het verhaal van Lazarus. In dit verhaal is Lazarus een arme bedelaar, wiens hulpkreten worden genegeerd door een rijke man. Wanneer zij allebei sterven, gaat Lazarus naar de hemel, maar de rijke man gaat naar de hel. De rijke man smeekt Lazarus om een beetje water, maar het mag niet baten. Jezus vertelt het verhaal: “Maar Abraham zei: 'Zoon, weet je nog hoe goed jij het hebt gehad tijdens je leven, en hoe slecht Lazarus het had? Nu wordt híj hier getroost en heb jíj pijn. Bovendien is er tussen jullie en ons een kloof die we niet kunnen oversteken. De mensen van deze kant kunnen niet naar jouw kant gaan als ze dat zouden willen. En de mensen van jouw kant kunnen niet naar onze kant komen'” (Lukas 16:25-26).
In dit verhaal vinden we concrete voorstellingen van het hiernamaals. Het is een krachtig bewijsstuk tegen reïncarnatie: de rijke man oogst meteen na zijn dood wat hij gezaaid heeft. Hij kreeg geen kans om zijn leven na een reïncarnatie te beteren. Op eenzelfde manier werd de arme bedelaar Lazarus meteen na zijn dood getroost in het hiernamaals; een troost die hij tijdens zijn leven op aarde niet had. Bovendien spreekt Jezus over een onoverbrugbare kloof die voorkomt dat zielen van het ene leven naar het andere kunnen oversteken.
Een ander argument tegen reïncarnatie vinden we in het verhaal over de heks van Endor. In dit Oudtestamentische verhaal vraagt koning Saul dit medium om de geest van Samuel op te roepen. Hij wil namelijk weten wat de toekomst zal brengen, omdat God niet langer tot hem spreekt vanwege zijn ongehoorzaamheid. De heks doet wat koning Saul van haar vraagt. De geest van Samuel verschijnt en zegt tegen Saul: “Nu zal de Heer jou en je leger in de macht van de Filistijnen geven. Morgen zul jij met je zonen bij mij in het dodenrijk zijn” (1 Samuel 28:19).
Dit verhaal geeft ons niet één, maar zelfs twee argumenten tegen reïncarnatie. Op de eerste plaats zou de geest van Samuel niet opgeroepen kunnen worden als reïncarnatie werkelijk waar zou zijn. Die geest zou immers al in een ander lichaam gereïncarneerd zijn. Op de tweede plaats zegt Samuel tegen Saul dat hij en zijn zonen zich bij hem in het dodenrijk zullen voegen. Hij zegt niet dat ze zullen sterven en dan een nieuwe kans in een nieuw leven zullen krijgen. Hij zegt eenvoudig: “Jij en je zonen zullen bij mij zijn.”
En tenslotte leert de Bijbel ons dat wij allemaal zondaars zijn. “Want álle mensen zijn ongehoorzaam aan God. Daardoor moeten álle mensen leven zonder de heerlijke aanwezigheid van God in hun leven” (Romeinen 3:23). En de straf voor de zonde is de dood, niet reïncarnatie. “Het kwaad brengt altijd de dood: het is je loon voor wat je hebt gedaan. Maar de liefdevolle goedheid van God geeft een geschenk: het eeuwige leven, door onze Heer Jezus Christus” (Romeinen 6:23). Dit laatste vers is het beste argument tegen reïncarnatie, want Jezus is gestorven zodat wij het eeuwige leven in de hemel kunnen hebben, niet een eeuwige reïncarnatie.
Gods liefde voor ons is het ultieme argument tegen reïncarnatie. God houdt zo veel van ons dat Hij Zijn Zoon heeft gestuurd om ons te verlossen en de wereld te redden. “Want God houdt zoveel van de mensen, dat Hij zijn enige Zoon aan hen heeft gegeven. Iedereen die in Hem gelooft, zal niet verloren gaan, maar zal het eeuwige leven hebben. Want God heeft zijn Zoon niet naar de wereld gestuurd om de mensen te veroordelen, maar om door Hem de mensen te redden” (Johannes 3:16-17). Wij worden niet gered door reïncarnatie, maar door Gods liefde, barmhartigheid en genade.
Copyright © 2002-2021 AllAboutSpirituality.org, Alle rechten voorbehouden