Reïncarnatie - De achtergrond
Reïncarnatie komt voort uit de Hindoeïstisch-Boeddhistische filosofie over de transmigratie van de ziel. Dit is het "religieuze" idee van de eeuwige geboorte-dood-geboorte cyclus, waarin een ziel van lichaam naar lichaam verhuist. De status van elk volgend lichaam in de cyclus, ongeacht of het een mens of dier is, is het directe gevolg van de kwaliteit van het leven dat de ziel in het vorige lichaam had. Een "goed" leven resulteert dus in een wedergeboorte in een kwalitatief beter leven en een "slecht" leven resulteert in een wedergeboorte in een kwalitatief minderwaardig leven. Deze vooruitgang of teruggang is gebaseerd op de "Wet van Karma", een centraal fundament van het Hindoeïsme en andere Oosterse filosofieën. Zoals de meesten onder ons weten, betekent Karma dat goede daden worden beloond en dat slechte daden worden bestraft. Het uiteindelijke doel van deze Karma-cyclus is om de ziel tot het hoogste bestaansniveau te ontwikkelen en één te worden met het universum. Reïncarnatie wordt zij aan zij onderwezen met het pantheïsme, het geloof dat alles God is en dat God in alles aanwezig is. Reïncarnatie en pantheïsme zijn de centrale doctrines van het Hindoeïsme en het occultisme. Beide zijn in de afgelopen decennia in verschillende vormen populair geworden in de Westerse wereld.
Reïncarnatie - De invloed op het Westerse denken
Reïncarnatie spreekt tot de verbeelding van het Westerse "godsdienstige" denken, zoals bijvoorbeeld de New Age filosofie, omdat het idee van een levenscyclus mensen een onbeperkte kans geeft om hun leven op orde te stellen. Als reïncarnatie waar is, dan hebben we geen dringende of dwingende redenen om op zoek te gaan naar de zin van het leven met betrekking tot God en onze medemens. We kunnen ons in dit bestaan laten leiden door onze gevoelens en, mocht dat nodig zijn, "het in het volgende leven beter doen". Het is opmerkelijk dat recente enquêtes hebben uitgewezen dat 60% van alle Amerikanen gelooft dat reïncarnatie mogelijk is. Reïncarnatie is de Westerse gedachte niet alleen via de leer van de New Age beweging binnengedrongen, maar is ook binnen de Christelijke kerk in bepaalde "Christelijke" varianten opgedoken. De Bijbel wordt zelfs soms geciteerd ter ondersteuning van het geloof in reïncarnatie, of op zijn minst ter ondersteuning van de mogelijkheid dat reïncarnatie hand in hand kan gaan met het Christendom. Het laatste gedeelte van deze pagina zal vier Bijbelse passages bespreken die door reïncarnisten gebruikt worden om deze misleidde leer te ondersteunen.
Reïncarnatie - Misbruik in het Christendom en elders
Reïncarnatie in Matteüs 11:14: Reïncarnisten citeren Jezus' uitspraak in Matteüs 11:14, namelijk dat Johannes de Doper Elia zou zijn. Maar dit is niet de volledige context van de passage. Lucas 1:17 vertelt ons dat Johannes de Doper Christus "met de geest en de kracht van Elia" zou voorgaan. Bovendien ontkende Johannes de Doper zelf in Johannes 1:21 dat hij Elia was. We moeten ook onthouden dat het Oude Testament ons leert dat Elia zelf nooit een lichamelijke dood stierf (2 Koningen 2:11). Dit feit wordt in het Nieuwe Testament opnieuw benadrukt wanneer Elia met Mozes op de berg verschijnt tijdens de transfiguratie van Jezus (Matteüs 17:3).
Reïncarnatie in Johannes 3:3: Jezus vertelt Nikodemus dat hij "opnieuw geboren moet worden" om het koninkrijk van God te zien. Veel reïncarnisten zeggen daarom dat Jezus het idee bekrachtigt dat een reeks wedergeboorten noodzakelijk is om de "perfectie" van de levenscyclus te bereiken. Je moet natuurlijk de volledige passage lezen om de volledige context te begrijpen. Wanneer Nikodemus zijn verbazing uitspreekt over een tweede lichamelijke geboorte, zet Jezus hem onmiddellijk op zijn plaats. In Johannes 3:4-5 wijst Jezus uitdrukkelijk het idee van een lichamelijke wedergeboorte af. Hij stelt heel duidelijk dat deze "wedergeboorte" geestelijk van aard is.
Reïncarnatie in Johannes 9:1-3: Deze passage verhaalt over een man die blind geboren is en zich afvraagt wiens zonde de oorzaak van zijn blindheid was. Reïncarnisten stellen dat deze Bijbelse vraag overeenstemt met de Wet van Karma. Maar de passage eindigt met het antwoord van Jezus; Hij legt uit dat de blindheid van de man op geen enkele manier aan zonde gerelateerd is. Daarom zien we geen enkele connectie met een Karma-achtige leer.
Reïncarnatie in Hebreeën 7:2-3: Reïncarnisten houden vol dat Jezus in de Schriftteksten wordt afgeschilderd als Melchisedek in een volgende incarnatie. Maar een heel eenvoudige beschouwing van de tekst laat zien dat Melchisedek "lijkt op de Zoon van God", en niet dat hij de Zoon van God was. De passage zegt slechts dat er geen enkel verslag bestaat over de geboorte of dood van Melchisedek en dat zijn unieke priesterschap niet aan een ander kon worden overgedragen. Melchisedek wordt slechts vergeleken met Jezus. Er wordt niet gezegd dat hij een vorige incarnatie van Hem was.
Reïncarnatie - Wat zegt de Bijbel?
Hebreeën 9:27 wijst de reïncarnatieleer duidelijk af: "Eens moeten mensen sterven en daarna volgt het oordeel." Eenvoudig gezegd: reïncarnatie is niet verenigbaar met de Christelijke leer. De Bijbel leert ons dat het loon van de zonde de dood is (Romeinen 6:23). Reïncarnatie is eigenlijk hetzelfde bedrog dat door Stan werd gebruikt in de hof van Eden, toen hij tegen Eva zei: "Jullie zullen helemaal niet sterven." De Bijbel leert ons dat de eeuwige redding van de zonde een geschenk van God door Jezus Christus is. Reïncarnatie is een mythe, die onderwijst dat alleen die mensen uiteindelijk "verlost" zullen worden, die zichzelf geperfectioneerd hebben aan het einde van hun Karma-levenscyclus.
Copyright © 2002-2021 AllAboutSpirituality.org, Alle rechten voorbehouden